Ga naar de inhoud

Op naar Pinksteren

Pasen ligt al weer enige tijd achter ons. We zijn onderweg naar het Pinksterfeest.

Nu maken we steeds de vergelijking tussen de uittocht uit Egypte en Pesach in Exodus. Maar waar past Pinksteren in deze Exodus? We lezen er vaak overheen, echter in Numeri 33:5 en Exodus 12:37 staat de geschiedenis van Sukkot. Na de uittocht bracht de Heer hen in hutten staat er.

Rabbi Eliëzer zegt dat een wolk hen bedekte bij die hutten en oppert zelfs dat het geen hutten waren maar wolken van glorie (1) die hen omringden. Het staat niet in de Bijbel maar direct na Sukkot in Numeri 33, wordt het vuur bij nacht en de wolk bij dag genoemd als teken van bescherming en Zijn aanwezigheid. Het is geen gek idee van rabbi Eliëzer. De wolk is onder andere een teken van de Heilige Geest. Dezelfde wolk komt terug bij het geven van de Thora.(Exodus 19:20, Deuteronomium 5) Dezelfde wolk onttrok Jezus bij Zijn hemelvaart.

Nadat ze uit Egypte waren vertrokken, weg uit de slavernij, lijkt het dat ze werden omringd met de Heilige Geest en waren die kleine hutten waarin ze verbleven misschien wel Tabernakels met wolken van glorie. Het woord voor Tabernakel is: shakan en betekent, herdershut. Een hut, een suka werd een plaats van Zijn aanwezigheid na Egypte.

Na Pesach gaat de joodse gemeente lezen in Hooglied. Christenen vinden dit vaak een lastig boek. Hooglied heet in het Hebreeuws, Lied der liederen en gaat eigenlijk over een bruidegom die zijn bruid wil brengen in zijn huis en zijn slaapkamer. (Hooglied 1:4). Het is dus heel toepasselijk. Een hemels boek met aardse ingrediënten. De slaapkamer van de Heer heet in Hebreeuwse begrippen: Het Heilige der Heiligen. Daar is het diepste en innigste contact met Jezus. De verzoendeksel wordt gezien als een bed en is tegelijkertijd de Troon van de Heer. Hooglied gaat over het komen in Zijn huis. Van Exodus naar Hooglied. Wil je vervuld worden met de H. Geest, dan is dat de plek waar we moeten zijn. De enige plek waar ooit de hogepriester mocht komen, mogen wij nu ook komen. Onze uittocht (Pasen) is een opgaan in heerlijkheid, naar Zijn heerlijkheid.

Nu wilde de Heer, Zijn bruid (bedenk: Pesach is een trouwerij, zoals Pinksteren ooit een trouwerij was, met een huwelijksverbond) brengen in Zijn woning, Zijn hut. Voor de joden zijn de voorjaars feesten niet vier feesten maar is dit hetzelfde feest opgesplitst in meerdere gebeurtenissen. Dit hoeft ook niet chronologisch te zijn. Het komen in de hutten (bij Sukkot) na de uittocht, is een Pinksteren aldaar.

Laten we bidden dat onze leven een hut van aanbidding voor Hem mag zijn, verlost uit slavernij en wonend in Zijn aanwezigheid.

Verlost uit slavernij    — dood en opstanding van Jezus—Hooglied 1:8-11

Wonend in hutten met elkaar —–overnachten met elkaar- —Hooglied 3:1-4. Hooglied 1:6

Wolken van glorie————-    de H. Geest kwam over hen – Hooglied 3:6

Voor het woord draagkoets (in sommige vertalingen) in Hooglied 3:7 staat het woord bed.

       1)Targum Yonathan Bamidbar 33:5. Zie Sukkot 11b

 2)Het woord voor verblijven in een hut is het woord- yashav -wat ook ‘trouwen’ kan betekenen. Hetzelfde woord wordt ook gebruikt in o.a. 1 Koningen 8;30 waar de Heer verblijft in Zijn Tempel. De hut is een trouwkamer geworden.